Andere personages Moskou

Nederlands > De personages > Personages in Moskou > Andere personages in Moskou

Amvrosi en Foka

Amvrosi en Foka vormen het duo dat in hoofdstuk 5 bij het gietijzeren hek van Gribojedov een dialoog voert over het virtuozenwerk van Archibald Archibaldovitsj en over de heerlijkheden die hij serveert.

Amvrosi komt van het Griekse αμβροσία [amvrosia] of onsterfelijk. Het was ook de naam van het eten van de goden dat onsterfelijkheid bood aan al wie ervan at. Foka is de naam van de held uit de fabel De Vissoep van Demjan van de bekendste Russische fabeldichter Ivan Andrejevitsj Krylov (1769-1844). Foka verwerpt overdaad, nota bene van voedsel. Het is dus geen wonder dat Amvrosi geen blijf weet met zijn enthousiasme, terwijl Foka vindt dat je «thuis ook kan souperen».


Anna Frantsevna de Fougeré

Anna Frantsevna, de weduwe van juwelier de Fougeré, woonde vroeger in het appartement nummer 50 van Bolsjaja Sadovaja oelitsa 302 bis, nog vóór Lichodejev en Berlioz er woonden. De naam de Fougeré moet een beetje gek klinken in Russische oren, want фужер [fougère] betekent wijnglas in het Russisch. In Rusland bestond een echte juwelier met een min of meer gelijkende naam: Peter Carl Fabergé 1846-1920).

Fabergé was een derde generatie Rus die de juwelierszaak beheerde die zijn vader in 1870 had opgericht in Sint-Petersburg. Hij opende nog meer verkooppunten in Moskou, Odessa, Parijs en Londen. Zijn ambachtslui maakten heel wat rijkelijk beladen voorwerpen, maar zij werden toch vooral wereldberoemd met hun keizerlijke paaseieren die populair werden bij de twee laatste tsaren van 1881 tot 1917.

Een verre verwant van de echte juwelier, een zekere A. P. Fabergé, woonde in Prechistenka oelitsa 13, waar enkele van Boelgakovs vrienden later woonden. Boelgakov was een regelmatig bezoeker van dat huis toen hij pas in Moskou was. De kandelaar en de trap in de roman zijn wellicht gebaseerd op voorbeelden die hij daar had gezien.


Prochor Petrovitsj (Prosja)

Prochor Petrovitsj is de voorzitter van de Commissie van Toneel en Licht Amusement. Toen Behemoth hem kwam bezoeken om «een kleinigheidje met hem te bebabbelen» raakte hij geïrriteerd: «Gooi hem eruit, of de duivel mag me halen!» En Petrovitsj verdween, maar zijn kostuum bleef zitten en doorwerken alsof er niets aan de hand was. Zodra de politie was langs geweest om de zaak te onderzoeken, verscheen hij terug in zijn kostuum, tot uitzinnige vreugde van zijn secretaresse Anna Ritsjardova.

De Commissie van Toneel en Licht Amusement waarvan Prosja Petrovitsj voorzitter is, heeft als reëel prototype de Государственного объединения музыки, эстрады и цирка (ГОМЕЦ) [Gosoesarstvennogo obedinenija moezyki, estradi i tsirka] (GOMETS) of Staatsunie voor Music-Hall, Concert- en Circusondernemingen, die gevestigd was in het gebouw van het Oude Circus, op Tsvetnoi boelvar 13, waar nu het Joeri Nikoelin Circus gevestigd is. Voor het personage Prochor Petrovitsj hebben we niet zo meteen een prototype uit het echte leven voorhanden.


Anna Ritsjardovna

Anna Ritsjardovna is de secretaresse van Prochor Petrovitsj (Prosja), de voorzitter van de Commissie van Toneel en Licht Amusement. Zij spreekt haar baas aan met het vertrouwelijke Prosja, wat eigenlijk ongepast was in een werkomgeving.


Nikolaj Ivanovitsj

Nikolaj Ivanovitsj is de benedenbuurman van Margarita die zich insmeert met de restjes van Azazello's balsem en daardoor in een varken verandert. Hij wordt goede maatjes met Margarita's meid Natasja, die op zijn rug meevliegt naar de heksensabbat en naar Wolands bal. Hij krijgt van Woland, bij hoge uitzondering, een geschreven bewijsstuk dat hij «de afgelopen nacht heeft doorgebracht op het bal van Satan, alwaar hij is aangekomen in de hoedanigheid van vervoermiddel... haakje openen, Hella, mannetjesvarken, haakje sluiten. Getekend: Behemoth». Hij wou een bewijsstuk om het «aan de politie en aan zijn echtgenote voor te leggen».


Natalja Prokofjevna (Natasja)

Natasja is de meid van Margarita die zich ook had ingesmeerd met de balsem. Na het bal mag zij van Woland, net zoals de andere vrienden van Margarita, terugkeren naar het leven dat zij wenst, maar zij verkiest een heks te blijven want mijnheer Jacques, één van de gasten op het bal, heeft haar een aanzoek gedaan.


Ivan Saveljevitsj Varenoecha

Varenoecha is de administrateur van het Variété Theater. Na een nogal ruwe ontmoeting met Behemoth en Azazello verschijnt een volkomen naakte vrouw met rood haar en vurig fosforiserende ogen voor hem. «Kom, laat me je een kus geven», zegt ze teder. Varenoecha heeft de kus niet gevoeld. Hij is een vampier geworden en, samen met de rode Hella terroriseert hij financieel directeur Rimski, die op het nippertje gered wordt omdat de haan driemaal kraait.

Varenoecha komt van варение [varenje] of brouwen. Het is ook de naam van een Oekraïense cocktail van honing, bessen en kruiden gekookt in vodka. Anders dan de Russen, die hun vodka gekoeld willen drinken, verkiezen de Oekraïners hem warm om, zoals ze zeggen, «een anjer te laten bloeien in je maag». Gedurende lange tijd was varenoecha de favoriete drank van de kozakken. Het gaf overdag energie aan hun strijderslichamen, en maakte hen 's nachts gelukkig.


Grigori Danilovitsj Rimski

Rimski is de financieel directeur van het Variété Theater. Maar Boelgakov omschrijft hem als финдиректор [findirektor] of findirecteur, volgens de goede gewoonte van het Sovjet-regime om afkortingen te gebruiken in een ambtelijke context. Jammer dat de vertalers dat woord niet overgenomen hebben, want het is één van die vele kleine parodietjes uit de roman die de verhaallijnen een extra pigment geven.

Римский [Rimski] betekent Romeins in het Russisch. Na zijn onthutsende ontmoeting met Varenoecha en Hella vlucht hij weg uit Moskou naar Leningrad en wordt hij daar aangetroffen in de klerenkast van kamer 412 van hotel Astoria. Hij wordt onder geleide terug in Moskou afgeleverd. Het hotel Astoria aan het Sint-Isaaksplein was de plaats waar Boelgakov altijd verbleef wanneer hij zelf naar Sint-Petersburg ging.

De naam van de findirecteur is ontleend aan de bekende Russische componist Nikolaj Andrejevitsj Rimski-Korsakov (1844-1908), de auteur van onder meer de beroemde Vlucht van de hommel uit de opera De geschiedenis van Tsaar Saltan (1899-1900) en van de symfonische suite Sherazade (1888).

Ironisch genoeg draagt de financieel directeur van het Variété Theater, met zijn rationele geest een tegenstander van de zwarte magie opvoeringen, dezelfde naam als de componist die onder meer ook heidense legendes en folklore op muziek zette zoals Meinacht (1880) en Nacht op de kale Berg (1886), een symfonisch gedicht dat hij afwerkte voor Modest Petrovitsj Moessorgski (1839-1881).

Voor de trivia: in de TV-reeks Мастер и Маргарита [Master i Margarita] van Vladimir Bortko van 2005 speelt het orkest in het Variété Theater Rimski-Korsakovs Sherazade bij het begin van de show van Woland.


Sofja Pavlovna

Sofja Pavlovna is de burgeres die aan de ingang van het schrijvershuis Gribojedov «voor onbekende redenen» de bezoekers van het restaurant inschrijft. Zij weigert Korovjev en Behemoth de toegang wanneer die hun laatste vernietigende tocht door Moskou maken. Boelgakov ontleende haar naam aan de heldin uit het toneelstuk Verdriet door Verstand van de echte Aleksandr Sergejevitsj Gribojedov (1795-1829).

Wanneer ze het duo na een tussenkomst van Archibald Archibaldovitsj toch moet toelaten, schrijven dezen zich in onder de namen van de schrijver Ivan Ivanovitsj Panajev (1812-1862) en de criticus en journalist Aleksandr Michailovitsj Skabitsjevski (1858-1912). Geen van beiden hebben het Sovjettijdperk meegemaakt, maar ze waren voor Boelgakov schrijvers van de tweede rang. Zij hadden volgens hem geen eigen mening, en oordeelden slechts op basis van oppervlakkige elementen zoals het lidmaatschap van een schrijversclub. Ze zijn dus ook perfect inwisselbaar, wat Boelgakov illustreert wanneer ze zich inschrijven. Naast de naam Panajev ondertekent Korovjev met Skabitsjevsk en Behemoth handelt precies andersom.

Toch kon vooral Skabitsjevski wel eens scherp uithalen. Ooit schreef hij een recensie over De jongeling van Fjodor Michailovitsj Dostojevski (1821-1881) en daarin oordeelde hij dat Dostojevski «als kunstenaar en romanschrijver zeer nalatig is en soms een verbijsterend gebrek aan talent vertoont».


Anderen

Er zijn nog heel wat andere personages in De meester en Margarita waar we nog niets van vernomen of over geschreven hebben. Denk maar aan de burger Timofej Kondratjevitsj Kvastsov, die de NKVD belde om hen in te lichten over de dollars in het toilet van Nikanor Ivanovitsj Bosoj, of aan de letterkundige Zjeldybin, de plaatsvervanger van Berlioz bij Massolit. Of de toneelspeler met zijn koffergrammofoon die Stjopa zich herinnerde van de avond vóór hij Woland op bezoek kreeg, of Boba Kandakoepski, die «tn heel Moskou bekend was om zijn verbluffende alwetendheid». Het lijkt er dus op dat ons werk nog een tijdje zal blijven duren.



Deze pagina delen |